Ode aan het landschap
Terug naar het overzicht

Verhalen, gedichten en liedteksten

Stemmen
Marianne Snabilie-Klaver | Gepubliceerd: 31 augustus 2021

EERSTE PRIJS TEKST


Stemmen


Waar zijn ze,

een roep, het geschuifel,

een kind dat huilt, een hond die blaft.

Lagen die reiken tot

diep in de aarde.

Ik voel hun waarde,

zand over veen, veen over klei

klei over zand en hier en daar

de stemmen die er niet meer vrij

over klinken.


Waar zijn ze,

de vuren, de huizen, boten

een nap, een scherf, een snuivende koe ,

een reepje stof dat waait, nu overgoten.

Zand over stof, over hout over riet

het verdwenen thuisland,

zompig en kil

ooit ruisland.

Riet en water en riet en water

Nooit stil.


Waar zijn ze,

de sporen, tastbaar

ruiken en voelen in je hand,

laag na laag.

Echo van emotie, pril verstand,

liefde en wreedheid dag en nacht.

Zand over veen, over klei over stof

Water dat zoekend stroomt,

na de storm toegedekt en

afgesloten wacht.


Marianne Snabilie-Klaver

september 2021


Oer-IJ
Marijke Karten | Gepubliceerd: 5 augustus 2021

TWEEDE PRIJS TEKST


Oer-IJ


Eeuwenlang

als uitloper van een getijde stroom:

heer en meester

in dit lage land

Deze verwoester werd verslagen

door mensen handen:

ingedamd, drooggelegd, verbannen

uit deze contreien


Z’n voetsporen, oeroud,

heeft hij echter als grondlagen

-voor altijd onuitwisbaar -

vastgelegd in de bodem,

overal waar hij ooit heerste

Voor wie die kenmerken

hebben leren zien en lezen,

is hij zò nog alom zichtbaar aanwezig

Fietsend of lopend over de lage

of hoger gelegen weggetjes en dijkjes

in dit oude landschap,

staan de bermen in het voorjaar

vol wuivend en sterk geurend

fluitenkruid en raapzaad;

planten van weleer


Echter, achter het geluid van de talloze vogels,

die daar hun habitat hebben of doortrekken,

hoort een enkeling er ook nog altijd

het verre geklots

van zijn ooit zo dreigende water

Die, kil, zwin

Een doodgewone boerensloot:

voor wie niet beter weet,

noch hoe ’t zilt minnend plantje heet,

dat bloeit aardbeienrood

Zout water ging ooit af en aan

op ’t ritme van het tij:

noordwest de zee, het OerIJ oost

opkomend en afgaand

Storm legt er nu het gras slechts plat,

maakt golfjes in de sloot


Geen klok luidt meer om hulp bij nood

in naaste dorp of stad

Wie weten van ’t eertijds geweld

van d’ aanstormende golven,

die hier ooit ’t land bedolven,

dat steeds opnieuw zich heeft hersteld,

kijkt als met röntgen ogen

naar waar hij gaat of staat:

die dijk, die weg, die straat…,

ziet veel van lang vervlogen

Geen ordinaire boerensloot

maar ooit kil, kreek of die:

’n geschied’les voor een elk aan wie

dit landschap zich ontbloot


Uit zee geboren
Hans Weeda | Gepubliceerd: 5 augustus 2021

DERDE PRIJS TEKST


UIT ZEE GEBOREN


na eeuwen onder water leven

heeft zich het land uit zee verheven

de zon onthult de eerste steen

er ging een siddering door mij heen

om het land te kunnen winnen

groeiden klauwen uit mijn vinnen

mijn kieuwen vochten met de lucht

het water heeft het land bevrucht

ik zocht de grens en greep me vast

mijn lichaam werd een zware last

het oer in mij heeft me gedreven

voortaan op het land te leven

ik graaide gretig om mij heen

dwong lucht en aarde mij te voeden

nog kon ik niet mijn lot vermoeden

dat waar ik vandaan kwam

ik ook weer in verdween